2 november 2013, de dag die mijn leven zou veranderen. Op deze zaterdag ben ik vol goede moed naar mijn werk gegaan, om samen met mijn collega en mijn mentorcliënt X naar de uitvaart van de vader van mijn mentorcliënt te gaan.
Vroeg in de ochtend vertrokken wij richting de uitvaart, een zeer beladen dag voor deze cliënt, die zijn vader heeft verloren. Hij is gevoelig voor psychose, dat wisten we vooraf. Gezien ons verantwoordelijkheidsgevoel voor een jonge man, die afscheid moest nemen van zijn vader, ging ik met hem op pad.
Krappe bezetting
Het was een moeilijke ochtend voor deze cliënt, maar naar omstandigheden is de plechtigheid voor hem best goed verlopen. We zijn na de uitvaart en de koffietafel vertrokken. Omdat het nog een lange weg terug zou zijn en de prikkels voor de cliënt al best veel geweest waren.
Door personele krapte heb ik er bij terugkomst op de afdeling ook nog een dienst achteraan gedraaid. Want ja, je laat je collega’s niet in de steek en je cliënten al helemaal niet. Wel besprak ik met mijn collega of het handig zou zijn als hij mijn mentorcliënt zou draaien. Omdat ik hem in de ochtend al had begeleid en hij het gewend is dat één persoon per dienst zijn aanspreekpunt was. Ik was dit vanmorgen geweest, dus een wissel was het meest logisch.
Ik kreeg de late dienst en ben ik me gaan focussen op andere cliënten. Mijn collega nam de zorg over cliënt X op zich.
Handelen in een dreigende situatie
In de avond zat ik met één van mijn andere cliënten in de woonkamer. Cliënt X kwam de woonkamer in lopen, ging in de keuken staan en keek mij dreigend aan. Hij had een kamerprogramma. Dat betekent dat hij vanuit zijn kamer werd begeleid. Hij mocht alleen van zijn kamer af tijdens vastgestelde momenten. De collega die hem begeleidde was even sporten met een andere cliënt.
Ik verwijs de cliënt naar zijn programma en benoem dat hij over een half uur weer kan roken, maar nu even naar zijn kamer dient te gaan. Hij ging ergens anders in de keuken staan en bleef mij indringend aankijken. Nu voelde het niet goed meer, hij volgde instructies niet op en kwam dreigend en intimiderend over. Weer benoemde ik dat hij naar zijn kamer moest gaan en we hem over een half uur weer zien om te roken.
Escalatie en alarm slaan
Hij komt in de woonkamer staan, ongeveer drie meter bij mij vandaan. De alarmbellen gingen bij mij van binnen al af. Mijn emotiemeter steeg, mijn gevoel vertelde mij dat dit niet goed zat. Het was dreigend en intimiderend. Ik voelde mij alles behalve veilig. Moet ik nu alarm slaan?
Mijn gedachten zeiden iets anders, hij staat rustig, doet niets waarom doe ik nu zo moeilijk? Ik kan gewoon opstaan en benoemen dat hij naar zijn kamer moet gaan.
Dit laatste doe ik.
Terwijl ik opsta, valt de cliënt X mij aan. Hij begint gelijk op mij in te slaan. Ik verdedig mijn hoofd door mijn arm om mijn hoofd te gooien en me met mijn lichaam af te wenden. Na een paar klappen neemt mijn instinct het over en duik ik naar de middel van deze cliënt. We belanden samen op de bank (of was het de grond?!). Mijn andere cliënt kan voor mij alarm drukken en al snel is er hulp die het kan overnemen.
Blijvend letsel
Een aantal weken na de situatie is het duidelijk. Ik heb aan dit geweldsincident flink letsel aan mijn schouder overgehouden. Wellicht voor de rest van mijn leven, maar dat hebben de artsen nog niet vast kunnen stellen. Ik ben boos op mijzelf, dat ik niet naar mijn gevoel heb geluisterd. En boos op de cliënt die mij dit heeft aangedaan.
Ondertussen ben ik nu bijna acht jaar verder en ervaar nog dagelijks fysieke klachten door dit letsel.
De stap naar trainer
Ik ben inmiddels ook trainer verbale agressiehantering & mentale weerbaarheid. Hierin heb ik geleerd over de opbouwfase (uitvaart vader/psychose gevoeligheid), de crisis fase (situatie woonkamer/keuken), de escalatie fase (de aanval). Maar ook over instrumentele en frustratie agressie. Welk gedrag hoort binnen welke kolom? Ja! Intimideren hoort binnen instrumenteel midden. Ja, en dreigen hoort binnen instrumenteel hoog.
Als ik toen had geweten wat ik nu weet, had mijn verstand wellicht iets heel anders gezegd in deze crisissituatie en had ik wel eerder de alarmknop ingedrukt. Dan had het er allemaal heel anders uit gezien dan nu.
Dit is de reden waarom ik trainer wilde worden. Ik gun mijn deelnemers dat ze deze kennis bezitten. Zodat ze de agressie eerder herkennen en ernaar kunnen handelen. En de deelnemers van een agressietraining niet net zoals ik hoeven te denken: als ik toen had geweten wat ik nu weet…
Redactie door Mark van Dieren (REACT Advies & Training)